Hof Antwerpen, 19 oktober 2020, onuitg., 2019/AR/561

De commissionair van vervoer die met de feitelijke vervoerder een overeenkomst heeft gesloten, beschikt over het nodige vorderingsrecht voor schade door de feitelijke vervoerder veroorzaakt tijdens de uitvoering van een transport.
Schade aan een pompboot tijdens het lossen en de kosten voor terugvoeren van het gecontamineerde product zijn gevolgschade alsook het lossen van de resterende lading uit de  duwbak, het reinigen van de weg en de behandeling van het gecontamineerde krijt. Zij komen niet voor vergoeding in aanmerking ingeval van een vervoer dat valt onder het CMNI verdrag, gezien volgschade van vergoeding is uitgesloten.
Ook al is het wegens natschade verloren product beperkt gebleven, kan ook het resterende product dat door de geadresseerde werd geweigerd, als verlies worden aangemerkt, nu het afscheiden van het product veel duurder zou uitkomen.