Hof Antwerpen, 4de Kamer, 2 januari 2012, onuitg., 2010/AR/1706

De opdracht tot belading houdt de accessoire verbintenis van de bevrachtingovereenkomst in dat het te beladen schip tijdens de belading niet mag worden beschadigd. Derhalve is ook de stuwadoor als uitvoeringsagent er contractueel toe gehouden om het beladen binnenschip niet te beschadigen.
De aangestelde of uitvoeringsagent die optreedt om een contractuele verbintenis van een partij uit te voeren, kan extra-contractueel enkel aansprakelijk worden gesteld, indien de hem verweten fout een schending uitmaakt, niet van de contractueel aangegane verbintenis, doch van een aan iedereen opgelegde verplichting en indien de fout een andere dan een louter uit de gebrekkige uitvoering van het contract ontstane schade heeft veroorzaakt.
Nu dit niet het geval is, dient de vordering tegen de stuwadoor wegens beschadiging van de stuurhut van het schip op grond van onrechtmatige daad, afgewezen te worden.