Document
Kh. Antwerpen, 18 november 1998, Rechtspr.Antw., 1998, 359
Art. 16 van de Algemene Voorwaarden van de NBCP voorziet dat elke vordering op de verzekeraar vervalt, indien zij niet bij deze onder overlegging van behoorlijke bescheiden is ingediend binnen twee jaar na het onheil op grond waarvan zij wordt beweerd. Uit deze bewoordingen blijkt duidelijk dat in dit artikel niet bedoeld wordt de rechtsvordering, doch wel het indienen, de aangifte, van het schadegeval bij de verzekeraar onder voorlegging van een behoorlijk dossier. Wanneer de schade aan de lospomp het gevolg is van het vast- en uitlopen van het kogellager van de niet aangedreven wormas, zulks door gebrek aan smering door het ontbreken van twee smeernippels en het feit dat de smeernippels leeg waren, gedeeltelijk verstopt met vuil en stof en gedeeltelijk dicht geverfd, zulks kennelijk al maanden, kan geen sprake zijn van schade als gevolg van een verborgen gebrek. De verzekerde kan zich dan ook nie beroepen op art. 10 van clausule B17 van de bijzondere voorwaarden, dat het risico uitbreidt tot de beschadiging als gevolg van een verborgen gebrek, tenzij de verzekeraar bewijst dat dit kan geweten worden aan de schuld of verzuim van de verzekerde.